Flambeer eens een pannenkoek!


Confession: ik ben eigenlijk niet zó een grote pannenkoek fan. Wellicht omdat ik simpelweg geen zoetekauw ben en mogelijk ook omdat ik meestal buikpijn krijg na het (over)eten hiervan. Want laten we eerlijk zijn: pannenkoeken, dat stopt niet met één. Behalve… wanneer je de koningin van alle pannenkoeken verorbert. Dan volstaat één stuk. Omdat ze zo perfect is, omdat je er simpelweg niet meer van nodig hebt. Mesdammes et messieurs, je vous presente: “La crêpe suzette”! Oorspronkelijk geserveerd met een botersausje van sinaasappel. Tegenwoordig vaak afgewerkt met een scheut Grand Marnier. Mijn versie laat die (intussen toch wat bestofte) botersaus er tussenuit. De drank blijft en ik voeg een bolletje vanille ijs toe om een zalig contrast te krijgen tussen ijskoud en vuurheet . De flensjes bereid je gemakkelijk op voorhand, het spektakel hou je voor het moment zelf. Plezier verzekerd! 

Wat heb je nodig? 

  • Pannenkoekendeeg, uiteraard!
    voor de onderstaande hoeveelheden heb ik me gebaseerd op Jeroen Meus’ recept. Omdat dit gewoon dik oké is en ik het niet beter zelf kan verzinnen.

    – 2,5 dl melk
    – 1 ei
    – 100gr patisseriebloem
    – 20gr roomboter
    – een vanillestokje (of enkele druppeltjes vanille aroma)
    – snuifje zout
    – arachideolie om te bakken
  • Gran Marnier
  • Lekker vanille ijs

Werkwijze 

De pannenkoeken maken (dit doe je best op voorhand) 

  1. Meng de melk, eieren en bloem tot je een glad beslag krijgt. Je kan dit met de klopper doen, maar het gaat een pak gemakkelijker met een blender of staafmixer. Er mogen geen klontertjes meer in zitten.
  2. Voeg de vanille toe: snij stokje overlangs in twee en schraap het binnenste er uit, of voeg enkele druppeltjes vanille extract toe
  3. Smelt de boter in een pan of oven, en voeg toe aan het mengsel, samen met een snuifje zout.
  4. Vet de pan goed in en bak de pannenkoeken één voor één. Als je dit niet vaak doet zullen de eerste wellicht mislukken, het is soms even zoeken en dat is helemaal niet erg! Doe er zeker niet te veel deeg in: we willen dunne flensjes, geen dikke pannenkoeken. Wacht tot de pannenkoek langs de buitenkanten duidelijk gebakken is en het deeg ook licht gestold is. Draai ze dan om en bak de andere kant.
  5. Hou de pannenkoeken apart op een bord.
  6. Was de pan niet af, hou hem aan de kant voor straks. Niets beter dan een ingevette bakpan!

De pannenkoeken flamberen (meteen nadien opdienen!)

  1. Zet alles klaar wat je nodig hebt:
    – zet je eters klaar aan tafel (met bestek!)
    – borden zet je langs het vuur
    – vanille ijs + glas warm water + goede ijsschep
    – de fles Grand Marnier (een zeer goede sinaaslikeur)
    – een aansteker, best eentje die langs is en met één klik aan gaat. het moet snel gaan!

Opgelet met flamberen!!
Zet je dampkamp UIT! (anders zuigt dit de vlam aan en kan je de brandweer bellen). Het meest veilige is natuurlijk buiten in open lucht op een gasvuurtje. Maar binnen kan perfect, zolang je maar voorzichtig bent.

2. Neem dezelfde pan die je daarstraks gebruikt hebt. Voeg indien nodig een klein beetje arachideolie toe en warm de pannenkoek voorzichtig terug op langs beide kanten.

3. Schep een bol ijs op de pannenkoek, vouw ‘m dubbel, voeg een goede scheut gran marnier toe en steek in brand. Leg op een bord en dien onmiddelijk op!

Smakelijk!!

Plaats een reactie